Mieren
Van enkele milligrammen tot ongeveer 150 mg
Mieren vind je overal! Ze leven in grote groepen of kolonies en hebben elk een eigen taak. Mieren leven onder de grond en zijn reuzesterk. Ze tillen met gemak takjes en steentjes op.
Hoe herken je een mier?
Mieren zijn insecten. Hun lichaam bestaat uit drie delen: een kop met geknikte voelsprieten, een borststuk met zes pootjes en een rond achterlijf. Mieren zijn dichte familie van de bijen en wespen. Dat kan je zien: ze hebben net zo een dunne ‘wespentaille’!
Mieren vind je overal op de wereld, behalve op Antarctica, in het noordpoolgebied en op enkele verre eilanden. Er zijn wereldwijd meer dan 12.000 soorten mieren. Zot!
Mieren zijn sociale insecten, ze leven in groep
Mieren zijn heel sociaal. Ze leven steeds in een grote groep (of een kolonie) en helpen elkaar bij het zoeken naar voedsel of het maken van een nest.
Een kolonie mieren bestaat uit :
- Eén of meerdere grote koningin(nen) . Die is de baas en legt de eieren.
- Heel veeeeeeeeeeeel werksters. Dat zijn eigenlijk vrouwtjes die geen eieren kunnen leggen.
- Enkele mannetjes.
De meeste mieren die je ziet zijn werksters. Heb je ooit al eens naar een mierennest gekeken? Het is een drukte van jewelste. Alle mieren hebben een eigen rol of functie. Er zijn werksters die op zoek gaan naar voedsel. Andere werksters bewaken de ingang van het nest. Nog andere zorgen voor de larven. Wat een organisatie!
Hoe praten mieren met elkaar?
Als twee mieren elkaar ontmoeten, raken ze elkaar met de voorpoten aan. Met hun voelsprieten gaan ze heen en weer en kloppen zachtjes op elkaar. De voelsprieten van mieren staan vol speciale haartjes. Zo kunnen ze goed ‘voelen’ wat er op hun pad komt.
Praten of communiceren doen mieren ook via speciale geurstoffen of feromonen. Elke kolonie mieren heeft een eigen geur of parfum. Zo herkennen ze een mier van een andere groep. Mieren kunnen ook een speciaal ‘geurspoor’ maken van hun nest naar een plaats met veel eten. Dat is gemakkelijk!
Ken jij de mier echt?
Eén keer per jaar, op een warme en windstille zomerdag, vliegen de nesten mieren samen uit. Dat noemen we de bruidsvlucht. De vliegende mieren bestaan uit honderden mannetjes en een tiental koninginnen. Die vliegen in een grote zwerm in de lucht en gaan op zoek naar een andere zwerm vliegende mieren. Gevonden? Dan paren ze.
Na de paring vallen de mannetjes dood op de grond, de koninginnen bijten hun vleugels af en kruipen in de grond. Ze maken een nieuw nest en een nieuwe kolonie. Uit de eitjes die de koningin legt komen veel werksters.